Diagnostiek zonder scores?

Diagnostiek zonder scores?

In de eerste Talent van dit jaar is er veel aandacht voor diagnostiek. In navolging van eerder gerommel dat ontstond rondom de verschillen tussen scores op de RAKIT-2 en WISC-V, is er nu meer stilgestaan bij de nuance hierin en het bredere kader van kritiek op de huidige manier van diagnostiek. Ik ben blij dat ik de komende jaren nog psycholoog ben, want ik ben zeer benieuwd naar deze ontwikkeling. Dit is eigenlijk een ontwikkeling richting een manier van diagnostiek die ik van begin af aan propageer, maar niet altijd duidelijk kan uitleggen. Met veel passie schrijf ik hier dus graag verder over.

 

Terechte kritiek op diagnostiek

Er wordt nu zelfs gesteld dat de hele psychologische diagnostiek niet voldoende geschikt is om toegepast te worden op individueel niveau. Een kort en interessant stukje uit de Talent:

Psychologie is verre van een exacte wetenschap. Hoe meer je hierover weet, hoe meer je weet dat je veel uitspraken niet kunt doen. Hoe minder je weet, hoe stelliger je kunt worden in je uitspraken die gebaseerd zijn op scores. Ook ik ben tegenwoordig minder stellig dan voorheen. Interpreteren en concluderen vanuit scores is wel hoe het op de universiteit wordt aangeleerd. Bijna alle studenten psychologie en orthopedagogiek behalen tijdens hun studie een Basis Aantekening PsychoDiagnostiek (BAPD). Dit staat bekend als een hoofdpijnopdracht, maar heel nuttig voor je CV. Hiervoor moet je de diagnostiek van drie casussen uitvoerig uitwerken, waarbij de nadruk ligt op onderzoeksmiddelen en theoretische onderbouwing. Je moet dan juist conclusies baseren op scores en normen. Je bent bijna een jaar bezig met deze aantekening. De start is dus al ingewikkeld en bereid je niet voor op de veelheid aan afwegingen in de praktijk.

Terwijl over de gehele linie in de psychodiagnostiek de validiteit en betrouwbaarheid best bar is. Vaak is er nauwelijks onderzoek naar de criteriumvaliditeit (wat zegt een score over gedrag of andere factoren in het ‘echte’ leven?) van een onderzoeksmiddel en zijn we blij als er 20% meetfout is. Om dit vervolgens op individuen – en zeker op kinderen – toe te passen, is eigenlijk heel onlogisch. Neem daar nog bij dat mensen die minder verstand van diagnostiek hebben (of braaf hun BAPD gehaald hebben, zonder kritisch na te denken) eigen interpretaties hebben van diagnostische uitslagen. Ik las laatst in De Psycholoog (het tijdschrift van het Nederlands Instituut voor Psychologen) dat de hertest betrouwbaarheid van meerdere diagnoses lager is dan 50%! Dit betekent dat een individu bij de ene psycholoog een diagnose angststoornis kreeg, in minder dan 50% van de gevallen dit ook bij de andere psycholoog kreeg. De beroepsvereniging is zelf hierin ook kritisch over het huidige gebruik van diagnostiek.

 

Waar gaat dit heen?

Echte psychologie – zowel behandeling als diagnostiek – is een vak en wat mij betreft een kunst. Tot nu toe geen exacte wetenschap en moeilijk empirisch te duiden. Ik weet niet of ik een voorstander ervan ben om enkel diagnostiek te verrichten zonder scores. Ik blijf wel de waarde inzien van een score om enigszins ‘fool proof’ hoogbegaafdheid vast te kunnen stellen of een globale indeling te kunnen maken. Groot voorstander ben ik er wel van als alle interpretaties op subtest- en schaalniveau over boord gaan. Daar is diagnostiek echt nog niet exact genoeg voor. Het geeft een vorm van schijnveiligheid, omdat het iets lijkt te verklaren dat onderliggend niet hoeft te kloppen. Ik denk dat daar dusdanig veel misvattingen in worden gemaakt, dat het waardevol is om dit te vermijden. Als ik terugkijk naar vroegere diagnostiek met fenomenen zoals frenologie en de manier waarop mensen dat ook geloofden, dan hoop ik dat we over een paar decennia terugkijken op deze tijd en ons beseffen dat we naïef waren.

Daarvoor in de plaats komt nauwkeurig en goed uitgelegde klinische inschatting. Dat we weer gaan kijken naar onderlinge behoeften en die netjes gaan uitwerken. Dat leer je niet op je opleiding, naar mijn idee. Hierin zit het risico van een tunnelvisie en eigen projectie, dus het is belangrijk om daarmee om te leren gaan als professionele vaardigheid. Wat voor diagnostiek dit oplevert als scores niet of op een andere manier gebruikt worden, dat weet ik ook niet precies. Maar ik kijk ernaar uit en ben er groot voorstander van verdere ontwikkeling!

Geen reactie's

Geef een reactie