Verrijking werkt niet, help?
Dan heb je (eindelijk) het voor elkaar gekregen om verrijkingsmateriaal in het lesprogramma van je kind te krijgen. Voor sommige ouders is dit makkelijker dan voor anderen. Nu worden de kasten met Rekentijgers, WisWijs, Slimme Taal en ander verrijkingsmateriaal geopend. Top! Maar kind gaat niet aan de slag. Het verrijkingsmateriaal is te moeilijk, te makkelijk, te stom. Hierdoor komt de twijfel of er wel goed aan gedaan is om een kind verrijking te geven.
Waarom werkt verrijken niet altijd?
In een eerder artikel heb ik uitgebreid geschreven over fouten die bij compacten en verrijken gemaakt kunnen worden. Deze belemmeren de effectiviteit van zo’n aanpassing in de lesstof. Zeker voor kinderen die al langere tijd niet lekker in hun vel zitten is de kans groot dat het verrijkingswerk niet meteen het gewenste effect heeft. Dit betekent echter niet dat er gestopt moet worden met het aanbieden van de verrijking. Een samenwerking is nodig om een kind te blijven volgen en bij te sturen waar nodig.
Het is niet vanzelfsprekend dat een kind verrijking meteen leuk vindt en de moeilijkere opdrachten gemotiveerd maakt. Veel kinderen moeten wennen en hebben in eerste instantie moeite met de andere vragen en de andere dagstructuur.
Duidelijke, consequente structuur
Bereid een kind voor op de veranderingen die er gaan komen en leg uit waarom dit gebeurt. Ik vind het belangrijk dat de leerkracht dit gesprek voert, omdat dit de persoon is die afspraken waar kan maken richting een kind. De leerkracht bepaalt het dagschema voor de kinderen en kan handhaven als een kind werk niet af heeft.
Ook belangrijk dat het verrijkingswerk wordt ingepland en dat het compacten voor een kind duidelijk is. Verrijking is geen extraatje als de rest af is, maar is ingepland net als het normale werk. Bijvoorbeeld: maandag, woensdag en vrijdag verrijkingswerk (wees daarbij ook specifiek welk materiaal), dinsdag en donderdag compacte vorm van regulier werk. Zo garandeer je ruimte voor het verrijkingswerk en weet een kind wat er van hem verwacht wordt. Hiermee neem je ook weg dat je wacht tot een kind het zelf aangeeft dat hij verrijking wil, want veel kinderen doen dit niet.
Veiligheid om jezelf te zijn
Dit vind ik misschien wel de belangrijkste! Een kind dat zich op school niet veilig voelt zal een stukje extra uitdaging niet makkelijk aangaan. Anders zijn dan anderen, bang zijn om fouten te maken. Daarom is het prettig om een kind te koppelen aan andere kinderen die ook verrijkingswerk doen. Ook kan verrijkingswerk een mooie positie in de klas krijgen, bijvoorbeeld door een kind zijn eindproducten aan de klas te laten presenteren en de thema’s van het verrijkingswerk onderdeel te maken van de thema’s die in het reguliere werk terugkomen. Hiernaast is creatief lesmateriaal fijn om een kind te laten zien dat ‘out of the box’-denken ook mag en dat zijn ideeën ook een plekje hebben in de klas.
Volhouden!
Wanneer een kind al meerdere jaren is ondervraagd en het niet gewend is om zijn vermogens te tonen, lijkt het me logisch dat dit niet in een paar weken volledig weg is. Veel kinderen kennen hun eigen krachten niet. Wanneer ze dan opeens opdrachten krijgen waar ze niet in één keer een antwoord op hebben dan zeggen ze nog wel eens dat het te moeilijk is. Is de lesstof niet meer te makkelijk, nu is hij te moeilijk. Wát er precies moeilijk is, is ook voor interpretatie vatbaar. Te veel werk, te veel nadenken, ingewikkelde instructies, ingewikkelde samenwerking, minder zekerheid van goede antwoorden. Als een kind zegt iets moeilijk te vinden, kan dat andere dingen betekenen dan dat het werk inhoudelijk moeilijk is.
Daarom is het belangrijk om door te zetten met verrijkingswerk. Niet zozeer om door te blijven douwen, maar wel consequent te blijven. Het lijkt mij belangrijk om veel te blijven evalueren en het aanbod aan te passen wanneer er een problematische schakel is ontdekt. Daarom is die goede samenwerking juist extra belangrijk, zonder overhaaste beslissingen of wantrouwen richting elkaar.
Dat een kind verrijking niet meteen oppikt is dus geen teken dat er makkelijker werk gegeven moet worden. Er kunnen veel meer verklaringen zijn dat verrijking (nog) niet gewenste effecten heeft. Ik wil compacten en verrijken niet enorm moeilijk laten lijken, waardoor de drempel om eraan te beginnen alleen maar hoger wordt. Wanneer er een duidelijke structuur is en er goed contact is tussen leerkracht, ouders en kind, heb je al een hoop gewonnen. Gelukkig zie ik dit vaak gebeuren en zijn er ontzettend veel mensen die bereid zijn creatief en anticiperend te denken voor een kind!
Geen reactie's