Hoogbegaafd ruzie maken

Hoogbegaafd ruzie maken

Ik heb een sessie ouderbegeleiding met een van mijn favoriete koppels. Ik ben het gewend dat ik geen woord ertussen krijg in de eerste twintig minuten van het gesprek. Alleen de vraag ‘en, hoe gaat het?’ geeft al stof tot praten en tot discussie tussen deze ouders. Ik heb al eens met een glimlach aangegeven dat ik er geen speld tussen krijg en dat ouders zelf de keuze hebben of ze hun eigen argumenten belangrijker vinden of hulp willen ergens bij. Na een tijdje valt me op dat deze mensen met passie en energie ruzie kunnen maken. Ik geef aan: “volgens mij is het best wel leuk en lekker om je punt te maken, toch? Jullie gaan elkaar niet laten winnen, dat zie ik al. Nou, kom maar op.” Ouders schieten in de lach en geven aan dat het inderdaad ook een lekker gevoel is om zo te argumenteren en te debatteren. Maarja, ze zitten daar omdat ze zelf last hebben van hoeveel er ruzie gemaakt wordt thuis. Wat gaan we dan doen?

Hoogbegaafde mensen zijn ook gewoon mensen, met begrijpelijke en dagelijkse irritaties. Ik wil niet zeggen dat hoogbegaafde mensen bijzonder zijn in de manier waarop ze irritaties ervaren of ruzie maken. Juist hier zit een universele menselijke aard in. Wanneer ik naar de ouderbegeleiding kijk die ik geef, komt wel vaak een patroon naar voren waar ik om kan lachen en wat specifieke uitdagingen geeft in de begeleiding. Waarschijnlijk herkenbaar en regelmatig niet te voorkomen, maar wel interessant om te belichten.

 

Winnen en gelijk krijgen

Hoogbegaafde mensen denken vaak snel, gedetailleerd en intensief. Gedachten vliegen voorbij en ze zijn opmerkzaam voor ongerijmdheden in situaties. Dit geeft een mooie bodem voor ruzie, omdat je makkelijk opmerkt wanneer iemand inconsequent, onredelijk of feitelijk onjuist handelt. Ik merk dat hoogbegaafde mensen snel de inhoud in gaan wanneer er mot is. Argumenten worden goed bedacht en er wordt hard gedebatteerd. In de hoop dat iemand de ander gelijk gaat geven en daarmee een probleem opgelost is. Ik weet niet of dat aan mij ligt, maar ik heb nog weinig van dit soort situaties meegemaakt waarin iemand op basis van argumenten zei ‘Oké, je hebt gelijk en ik ga nu wel doen wat je van me vraagt’ of ‘na de veertiende keer dat je het zei, daalde het in, je hebt gelijk’. De hoop lijkt er echter wel om genoeg argumenten en feiten te geven om te winnen.

Interessant hierbij is ook het feit dat kinderen hierbij betrokken zijn. Hoogbegaafde kinderen hebben hierin een leuke combinatie van kinderlogica (enigszins magisch denken en eigen inconsequenties niet zien) en hoogbegaafde opmerkzaamheid (wel soms echt een goed punt hebben). Een mooie voedingsbodem voor eindeloze discussies, als je ze probeert over te halen of van ze te winnen. Je kunt je hierin dus afvragen of het helpt om een inhoudelijk punt te maken en feitelijke correctheden te benoemen. Dit geldt trouwens ook voor schoolgesprekken, waarin mensen vaak langs elkaar heen gaan praten als ze gelijk willen krijgen van de ander.

 

Zeur, zeik en scheld 5 minuten

Een van de dingen waar het meeste ruzie over gemaakt wordt, is het uitvoeren van verantwoordelijkheden of het zeuren over dagelijkse dingen. Ik merk dat volwassenen hierin vaak proberen om alleen de positieve elementen te benoemen van een situatie, bijvoorbeeld de voordelen van het doen van een klusje of dat er ook leuke momenten zaten in de schooldag. Dit lokt een ander uit om ook de tegenargumenten te gaan benoemen en meer te richten op de negatieve punten die ook evident zijn. Uiteindelijk gaat het dan niet meer om de argumenten, maar om dat jullie vervelend tegen elkaar doen.

Ik geef hierin regelmatig ouders de tip om dagelijks een zeur, zeik en scheld 5 minuten in te lassen. Hierin mag iedereen ongegeneerd en ongenuanceerd helemaal los gaan zonder tegenspraak. Je mag gerust ook zelf meedoen (let er wel op dat je geen voedingsbodem geeft voor verlies van respect voor anderen). Vijf minuten is dan best lang, kan ik je zeggen. Een mooi moment is voor het avondeten of bij thuiskomst na school. Gooi alles eruit en er hoeft geen oplossing gevonden te worden. Na enkele minuten is meestal de koek redelijk op (mogelijk na een paar dagen) en dan wordt het de sport om met een glimlach hier een spelletje van te maken nog wat minuten vol te krijgen. Het is niet erg als het onrealistisch wordt of onaardig is. Ik ga er altijd wel vanuit dat er wat realiteitszin bij mensen aanwezig is om te zien dat het binnen de context van de vijf minuten mag en daarbuiten meer redelijkheid nodig is. Na de vijf minuten is de vraag: ‘en nu?’ of ‘wilde je dat alleen even zeggen of ga je er ook iets mee doen?’. Als het goed is geeft dit een uitlaatklep voor zaken die toch al speelden, is dit een kader voor sleurend gejammer en legt het de verantwoordelijkheid bij de betrokkenen om zelf iets te doen met eigen gezeur (of niet, ook goed). En als het goed is ontstaat er geen ruzie, omdat er niks te winnen valt op dat moment.

 

De kracht van 10 seconden

Je merkt al bij de zeur, zeik en scheld 5 minuten dat er een kracht zit in niet-reageren. Voor mezelf probeer ik altijd aan te voelen of een situatie duwen en trekken wordt, dan probeer ik zoveel mogelijk los te laten. Ik merk het regelmatig in oudergesprekken of individuele behandeling, hoe makkelijk het is om meegezogen te worden in het analyseren en argumenteren. Zeker omdat ik het puzzelen en debatteren zelf ook leuk vind om te doen. Meestal gaat het er echter niet om of ik zoiets leuk vind, maar ligt er een taak om een doel te bereiken en mensen verder te helpen. Dus dan is een debat niet handig. Het lijkt me vaak wel nuttig om mijn standpunten toe te lichten en ik ga er ook van uit dat dit mensen verder kan helpen. Wanneer ik het één keer heb gezegd en ik kom daarna in een overtuigingsmodus, dan gaat het niet meer om de inhoud en speelt er iets anders.

De laatste tijd probeer ik om in dit soort situaties te vertragen en mezelf niet aangesproken te voelen om snel te reageren op een ander. Niet een punt maken, geen argument, geen feit, hooguit een korte wedervraag (Huh? Hoezo? Wat? En nu? Eh?) of even iemand aan blijven kijken. Gun jezelf 10 seconden om niet te reageren en steek daar je energie in. Weet je hoe moeilijk dat is?! Ik merk steeds vaker dat dit veel lucht en nieuwe openingen in een situatie geeft, waarna er meer contact met de ander ontstaat. Dus ik daag je uit.

 

Dit wil natuurlijk niet zeggen dat we zonder ruzie kunnen voortleven. Ruzies zijn ontzettend nuttig en boosheid is een geweldige emotie. Ook kan ik hiermee niet voorkomen dat mensen sterk analyseren en graag willen winnen van de ander. En natuurlijk is een kader regelmatig nodig richting kinderen (en volwassenen). Ik hoop hierin zelf ook nog lekker een punt te maken waarin een ander me gelijk geeft, dat je zelf onderdeel bent van de ruzie en hierin ook een andere, vaak leukere, keuze hebt.

Geen reactie's

Geef een reactie